Als ik camping Mercedes op rij is
het druk en helemaal achteraan staan Sven en Katja. We zijn blij elkaar te zien
en uitgelaten dat het toch gelukt is. De laatste keer was bij ons thuis, op
Jeroen-weekend. Ze hadden eigenlijk geen tijd want de auto werd twee dagen erna
verscheept, maar zijn toen toch gekomen. En nu een meeting in Peru. De dagen
die volgen, eerst drie en daarna nog zeven, worden gevuld met een hoop
gezelligheid. We eten ’s middags en ’s avonds altijd samen en omdat Arequipa
een culinaire stad is gaan we veel uit eten. Van heerlijk en betaalbaar bij Zig
Zag of een indiaas restaurant, tot spotgoedkoop en lekker bij de chinees. Eén
keer zijn we iets speciaals gaan doen. Een restaurant op de bovengalerij aan de
Plaza de Armas serveert pre-inka food. Sven en ik hadden hetzelfde, gebakken
eend in een ceviche, maar die was zo zuur dat het eigenlijk niet meer te eten
was. Je snappen nu waarom die cultuur het niet gered heeft, grappen we.
Tijdens ons eten was er een enorme
demonstratie onder ons op het plein. Een groot podium met sprekers en een niet
aflatende stroom van langskomende verenigingen. Het thema was ‘Kies voor het
leven’ oftewel een anti-abortus optocht. Het onderwerp leeft kennelijk want het
hield maar niet op. Veel spandoeken met schattige baby’tjes (in plaats van klompjes
cellen) en auto’s met enorme geluidssystemen, om maar zo hard mogelijk voor
eigen parochie te kunnen preken.
Deze week haal ik ook nieuwe banden.
Het britse stel dat er ook nog steeds is, heeft ook banden nodig en hij weet
een goede deal te maken voor ons samen. De Cooper Muds gaan er af en er komen
weer All Terrains van BFGoodridge op. Het merk dat ik eerder altijd had. De
Coopers sleten me net iets te snel af en bovendien hier niet te krijgen. De
auto wordt ook opnieuw uitgelijnd en ik hoop dat het trekken naar links nu weg
is. Het is gelijk te merken dat het dikke nieuwe rubber op de banden veel meer
comfort geeft. De nieuwe versie van de AT’s hebben ook meer rubber op de
zijkanten, wat goede bescherming geeft tegen stenen, maar er ook heel goed uit
ziet.
De cruiser van Sven en Katja heeft
net als de mijne nieuwe olie plus filter nodig en we gaan samen naar een
garage. De eerste heeft elleen een vaag merk olie en we besluiten dan maar naar
de Toyota garage te gaan. Eigenlijk hou ik daar niet van, omdat je meestal niet
in de garage mag komen tijdens de werkzaamheden. Dat was hier niet anders en
het afgeven van je auto heeft meer iets weg van een intake in een ziekenhuis. Ze
zijn er net zo lang zoet mee als het wisselen van olie. Als alles dan eindelijk
genoteerd is krijgen we te horen dat we de auto’s om half vier weer kunnen
ophalen. Het is net lunchtijd geworden. We protesteren een beetje en dan wordt
het half drie.
Op een binnenplaats wat verderop is
een restaurantje waar moeders ons ongevraagd een flink bord soep voor zet. Die
smaakt en vult goed, maar blijkt slechts het voorgerecht. Er komt nog een flink
bord met kip rijst en groente. Heel lekker allemaal, ook het glas drinken wat
op tafel komt. Voor het toetje van knaloranje gelatine bedank ik. Ik reken af
en moet een schrikbarende 7 euro betalen… voor alle drie. Ik blijf me er over
verbazen.
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgG1BLPC3ExB4lH7f7aFO6kblmrGo7ywS7Gx4oNB4kST_rT5ezv-Hh5ag0hEQOntRZuujucGpm_shh5g71qFDmJwwpoyYgPS7gJ1tZeYoz05g5GpQUN6Xsn1XJEa8sXMs6zOWYbK7uJSuE/s640/IMG_0479bl.jpg)
De auto’s staan inmiddels te wachten
voor de wasserij, standaard wordt iedere auto die de garage verlaat gewassen.
Het is dan al half drie. Dat wassen duurt een uur en de baas die is
opgetrommeld laat nog op zich wachten. Als hij komt doet Sven het woord en
aanvankelijk lijkt het er op dat er een goede oplossing komt. Maar ze komen met
wat korting. Sven houdt vol dat we de afgesproken prijs gaan betalen. Na veel
gedoe drukt hij het geld in de hand van de baas en rijden we richting de poort.
Die blijft dicht en er komt weer iemand naar ons toe. Hij praat nog wat met
Sven en die geeft nog een beetje geld waarna de slagboom eindelijk open gaat.
Het is 5 uur, we zijn hier al vanaf 11 uur. Zelden zo’n incompetentie en
zakelijk onbenul meegemaakt.
Na 10 dagen samen te hebben
doorgebracht, gaan Sven en Katja op weg. Via de Cotahuasi Canyon gaan ze naar
Nasca en door naar Ecuador. Ik ben blij dat we elkaar hebben ontmoet, want het
was heel gezellig samen en zo kom ik de dagen goed door.
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEiWWfVTqZvrYu7AQzvwqEX85U5RdQAh87waGrdt5zKtlO61N2cXgheBG77lN4cCuWaxzJXmkRiiRVtSSd2PDl1FxFJfsAft8daq0soDEOMd2RFILpTfoDLo2SX39RecAceSbnB6rr4PKW4/s640/1904003bl.jpg)
Ik geniet van de zuivere lucht en de
stilte en slaap goed op 3300 meter, precies de grens voor mij. Ik ga toch een
oplossing zoeken, waarschijnlijk wordt dat dan een zuurstofmasker. Het idee an
sich staat me behoorlijk tegen, maar ik voel me nu ook heel beperkt. Met een
beetje hulp kan ik de bergen van Bolivia volgende keer wel aan. Er is daar nog
veel te zien voor we daarna Brazilië in duiken.
De volgende dag verder over de
matige weg omhoog naar een zoutvlakte. Althans dat is het meestal. Ik had
zelfs nog even op google maps gekeken en zag zelfs dat ze het zout hier en
daar afgraven. Daar aangekomen is het nu een meer. Ook weer vanwege de
overvloedige regenval van een paar maanden geleden. Daardoor zijn er wel heel
veel flamingo's. Ik zet de auto aan het meer en geniet van het uitzicht. Ook
komt er een groep vicuñas in de buurt grazen en ruziën. Was in Afrika ook zo,
als je met de auto ergens een tijdlang stil staat, komt het wildlife vanzelf in
de buurt.
Pas tegen het eind van de middag rij
ik weer terug naar dezelfde slaapplaats. Dan nog vier dagen Arequipa en dan heb
ik het echt wel gezien daar. Het is een fijne stad met een mooi centrum. Ik heb
vaak heerlijk uit kunnen eten. Highlight was wel de Chupa de Camarones, een
soep met rivierkreeft. Ik had wat reviews gelezen en ben ervoor naar het beste
restaurant gegaan. Ik heb nog nooit zoveel voor een soep betaald maar hij was
dan ook waanzinnig lekker en ik had er ook een hele maaltijd aan. Julio
Iglesias op de achtergrond kon zelfs de pret niet drukken.
Een ander bijzondere eet-ervaring was
een vegetarische sushitent. Ik was er al een paar keer voorbijgelopen, maar ook
daar las ik laaiend enthousiaste reviews over. Het was inderdaad fantastisch
lekker.
Time to go. Ik ga via de kust terug
richting Chili. Het eerste stuk had ik heen ook al gedaan. Ik blijf me verbazen
hoe leeg het hier is. De woestijn loopt tot in zee. Soms zand maar meestal ook
rotsig. Slecht heel af een toe wat armoedige vissersdorpjes. Wat je ook af en
toe ziet, lijkt op een mislukt overheidsproject. Allemaal stukjes grond van een
hectare met een een gebouwd huisje van drie bij drie. Honderden. Of moesten het
schuurtjes worden. Geen van alle heeft een dak of is bewoond. Je ziet aan wat
verdorde planten waar mensen het hebben geprobeerd. Het blijft woestijn.
Als ik aan de kust sta te kamperen
in een baai hoor ik geritsel voor in de auto. Wat? Nee toch…..ja hoor, een
muis. Ik zie z’n nieuwsgierige koppie onder de stoel vandaan komen. Eén
beweging van mij en weg is ie. Ik weet nu al dat ik geen oog dicht doe met muis
aan boord. Niet dat ik er bang voor ben, of ze heel vies vind zoals een rat, maar
ze kunnen gaan knagen aan de bedrading en dat kan natuurlijk dramatische
gevolgen hebben. Die muis moet weg.
In Australië hebben we ook een keer
muizen gehad en heb er toen twee op een McGyver-achtige manier gevangen. Dat ga
ik nu weer doen. Je hebt nodig: een plastic hemdtasje en een meter flos. Heb ik
allebei. Je knoopt het flosdraad aan een van de hengsels en haalt hem door de
andere. Dan wat brokjes kaas onderin de zak, die je plat op een kant op de
vloer legt. Dan heel stil wachten met de flosdraad in de aanslag. Ik heb zo’n
hoofdlampje die ook rood licht kan schijnen en ik weet nu waarvoor dat is: om
muizen te vangen. De muis stort zich niet aan het licht en jij ziet wat je
doet. Het duurde nog geen vijf minuten voordat hij tevoorschijn kwam en recht
de zak in liep. Een ruk aan het draad omhoog en je hebt muis in de zak. Kan het
niet laten om te melden dat als je te laat bent, je een kat in de zak hebt.
Direct met de zak naar buiten, ik weet niet hoe lang het duurt voor hij zich
naar buiten weet te knagen. Aanvankelijk wilde ik hem vrijlaten, maar om mij
heen kijkend zal hij waarschijnlijk een langzame dood sterven. Er is hier
helemaal niets waar hij van kan leven. Bovendien is een muis zelden alleen en
moet ik ermee rekening houden dat er nog één is en dat deze dan terug wil. Ik
sla met de zak en inhoud hard tegen de zijwand van de camper. Piepzak is dan
stil.
En dat klopte. Ik had voorin een
stukje kaas neergelegd en dat is na enige tijd verdwenen. Als ik weer in bed
lig wederom geritsel en zie ik nr 2. Die vertoont duidelijk ander gedrag.
Schiet als een bliksem heen en weer over de vloer. Ik heb wel meer dan een uur
klaar gelegen met m’n touwtje in de hand, maar deze trapte er niet in.
Misschien heeft hij het zien gebeuren, muizen zijn slimmer dan je denkt. Ik doe
oordoppen in en leg nog een brok kaas neer, zodat deze zijn buik vol kan eten
en geen trek meer heeft in elektriciteitsdaad. Morgen valletjes kopen.
’s Morgens zet ik de deuren wijd
open en als ik ik hem bij de voorstoelen zie sla ik hard met een stok op de
stoelen in de hoop dat hij naar buiten springt. Ik heb het niet zien gebeuren,
maar met de twee gekochte muizenvallen vang ik niets en het is verder helemaal
stil.
De grens ging vlot en wat opviel was
dat er groepen Venezuelanen waren met grote koffers die ook stonden te wachten
om ingestempeld te worden. Vreselijk dat dat land zo geterroriseerd wordt door
die Maduro. In Arequipa zag je er ook al
veel op straat, snoepjes te verkopen.
Terug in Chili, mijn terugvlucht
komt nu echt dichterbij. In Arica vind ik een hostel met kampeermogelijkheid.
Het is er erg gezellig met veel jonge mensen die leren surfen. Er is een
heerlijk zwembad en ’s avonds worden er pizza’s op de barbecue gemaakt. Wist
niet dat dat kon maar ze smaken heerlijk. Ik blijf nog een tweede dag, want ik
ben een dagje eerder aangekomen. Wat ook superhandig is, is dat er een
winkeltje naast de hostel is.
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEi9b3FC5vm0NuiBGMl5FNlUKQSyC_nwdgJYWeHXVjnwMfjC7DD_X3UaSWTwRA4oUEaNC_WM-ztmMCDBxtE6AZc1NcEqEdk6l3DQ4d1NsU4iVEvNJCzwtUvtVJSAJL6Y8HY0yK7zCJKWZ20/s640/IMG_0506bl.jpg)
Als ik in Antofagasta aankom ben ik
ook door al mijn eten heen. Het is nog ochtend en ik heb pas eind van de middag
afgesproken met Camilo, waar ik de cruiser ga stallen. Ik parkeer de auto bij een
hotel waar Elize en ik hebben geluncht, in de hoop dat het wifi-password nog
werkt. Dat doet het en kan zo lekker even online na een paar dagen. Op de
drukke vismarkt aan de overkant hebben ze heerlijke empenada’s met garnalen.
Er was even een misverstand dat ik
zondagavond al bij Camilo aan de deur zou staan en ze komen laat van een
weekend weg terug. Geen probleem, we kletsen nog wat en gaan de volgende
ochtend naar de douane om te regelen dat ik het land mag verlaten zonder auto.
Het lijkt eerst helemaal niet nodig te zijn, maar als de beambte later zijn chef
belt, moet er wel degelijk iets op papier gezet worden. Beter zo, dan kan ik
iets laten zien als ze morgen lastig gaan doen op het vliegveld. Peace of mind.
Ik neem Camilo mee voor een ontbijt
en ga dan terug lopen naar hun huis. Ik kan een taxi nemen, maar even de benen
strekken is niet verkeerd na dagenlang in de auto. Na 10 kilometer vind ik het
genoeg en neem het laatste stukje een
taxi.
Wasje draaien, beetje schoonmaken
nog. Ik kan lekker mijn gang gaan want ze zijn allebei op het werk. En hier
stopt dan even weer de berichtgeving. Als alles goed gaat zijn we binnen drie
maanden weer hier voor een vervolg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten