vrijdag 6 januari 2017

12

 

We slijten nog wat dagen op onze camping aan het meer in het Parque Nacional Los Glaciares, het is een aangename plek zo aan het meer. Arjan en Anja bleven ook nog tot en met eerste kerstdag en we gaan af en toe bij elkaar op bezoek voor koffie of bier/wijn. Het klikt, het is gezellig. 

 

Op kerstdag, ze hebben hier geen tweede kerstdag zoals wij, stroomt de camping vol met families uit de omgeving. Hun beleving van een dag in de vrije natuur wijkt nogal af van de onze. Ze komen meestal met meer dan één familie, gaan barbecueën, maar doen dan ook de autodeuren wijd open en de stereo hard aan. Met een aantal van dat soort groepen dus een teringherrie. En ze gaan ook tot laat door, in ons geval was het al weer licht toen het eindelijk stil werd. Oordoppen brachten gelukkig uitkomst. Arjan en Anja stonden wat lager op het terrein en er nog meer tussen. Overdag kwamen ze na een wandeling terug om hun auto omsingeld te zien door allemaal mensen. Ze zaten op nog geen meter van hun deur. En ook niet even een stukje moven, nee, lekker met z’n allen naar binnen gluren en doorfeesten. Onbestaanbaar in de wereld zoals wij die kennen. Maar ja, wij zijn hier de gast en voor hen is dit allemaal normaal. 

 

We nemen afscheid. Weliswaar gaan we beiden naar El Calafate voor inkopen en dergelijke, maar willen onze eigen dingen doen. Uiteindelijk belanden we allemaal toch weer op dezelfde camping in town. Omdat we de komende dagen toch ook weer hetzelfde plan hebben, spreken we af op de volgende slaapplek vlak voor de grens met Chili. Aan alle lege flessen te zien op het terrein, is hier ook goed kerst gevierd.
De volgende dag is het maar een kort stukje naar de grens met Chili. Aan Argentijnse kant is het druk, er is net een bus toeristen aangekomen, maar ondanks dat gaat het redelijk vlot. Dan, na een stuk niemandsland, de Chileense grenspost. Daar controleren ze op vlees en fruit en groente. Die mag je niet meenemen. De controle kan enorm variëren in strengheid, soms worden zelfs honden ingezet. Wij hebben wat spullen die eigenlijk niet mogen, zoals knoflook, gember en kruiden. We hebben ze goed verpakt in plastic in de ‘kluis’ onder het luik in de vloer. Daar zit een geheime ruimte, die ooit deel uitmaakte van de dieseltank. Ik gok er op dat zelfs een hond dat niet vindt. Na de pascontrole en de tijdelijke invoer van de auto, komt de groenteman checken. Hij wil zien wat er in de lades van de keuken zit. Pannen, borden en bestek dus. De koelkast heeft hij helemaal niet in gekeken en verder was alles okee. Het brandhout wat ook niet mag en nog op de imperiaal ligt, ziet hij niet.
Op naar Puerto Natales dan waar we inkopen kunnen doen en tanken. Het stadje ligt aan water, maar pas als je goed op de kaart kijkt zie je dat het niet een meer is, maar een zeearm die ver in het land steekt. De hele zuidelijke kust van Chili is één en al fjorden en zeestraten. Een weg is er niet. Als je per se niet via Argentinië wilt gaan kun je alleen met een ferry naar Puerto Montt, plusminus 2000 kilometer noordelijker. Vast een prachtige tocht, vast ook heel duur.
Volgeladen met eten en drinken gaan we dan naar het Nationaal Park Torres del Paine. Zeker een highlight van Zuid-Amerika. Op weg er heen zien we het bergmassief al van verre liggen. We stoppen regelmatig om even te genieten van het aanzicht. Het is ook nog zo mooi weer en licht. 

 

Bij de poort betalen we en zoeken we ons eerste kampeerplek op. Voor campers zijn er een aantal gratis plekken. De eerste is een grote parkeerplaats, niet heel aantrekkelijk, maar ik kan gelijk een wandeling maken naar het Grey-meer waarin hier en daar een ijsberg ligt, die verderop van de gelijknamige gletsjer is afgebroken. 

 

Er is ook een trek naar een hoog uitzichtspunt. Hoewel ik niet van plan was om hem helemaal te doen, ben ik toch doorgestoten naar de top. Ik heb het rustig aan moeten doen want het was retesteil. Ik had mijn eenpootstatief meegenomen om mijn knieën te ontzien tijdens de afdaling, maar ook bergop kwam hij goed van pas. Ik kon zo ook mijn armen gebruiken om de soms grote treden te bestijgen. Op de top was het uitzicht fenomenaal. 

 

De Grey gletsjer, op deze afstand net zo imposant als de Perito Moreno ligt links te baden in de zon. De Cuernos, het grijs-zwarte massief in het midden met tussendoor een glimp van de Torres. Op de voorgrond het Grey meer en rechts in het beeld een vergezicht met meer na meer, waaronder weer een aantal fel turquoise. Met de bergtop waarop ik sta van rood gesteente is dit misschien wel het mooiste uitzicht ooit? In ieder geval één van de. Ik geniet er enorm van, ook dat ik het toch gered heb naar boven. De afdaling vrees ik een beetje want daar kunnen mijn knieën gaan opspelen. Goed leunen op de stok en rustig aan. Ook ben ik hele stukken achteruit gelopen. Het heeft geholpen, ik heb geen last gehad en dat scheelt een hoop, vooral de volgende dag. 

  

Na twee nachten verwisselen we de ene parking voor de andere, nu aan een meer. Ik zie hele andere plekken van het park dan de eerste keer dat ik hier was. Toen deed ik alleen de grote treks in het massief, nu doen we de plekken er omheen. Daar had ik toendertijd geen tijd of vervoer voor. 

 

Bij een camping midden in het park is ook een kiosk maar die heeft buiten snoepgoed bijna niets te koop. Wel heeft het restaurant er tegenover losse broodjes te koop en dat is het enige wat we niet genoeg mee konden nemen. Er zijn ook douches en we kunnen de verleiding niet weerstaan om er allebei even onder te springen. 

 

Dan verkassen we naar de derde slaapplek. Een soort hotel- en campingdorp vlakbij de trek naar de Torres, de rotstorens. Op weg er heen krijgen we de Torres steeds beter te zien. Ze blijven voor mij de stars of the show, wat een geweldenaren. Ze staan boven op het massief, 1000 meter hoog, de top op 2800 meter. Ik kan me nog goed herinneren hoe het was, 16 jaar geleden. Als laatste deel van de 8-daagse tocht door het park, de zwaarste dag. Een lange dag stijgen en dalen door een lange vallei met als klapper een heel steil stuk omhoog over grote keien. Dan kom je aan bij een bergmeer waarachter de Torres boven alles uitsteken. Ik hoef het deze keer niet nog eens te doen, de trek zou me nu zwaar vallen en de beleving zou me tegenvallen. Waren er toen een handjevol andere wandelaars, nu moet je deze highlight met honderden andere delen. Ongetwijfeld zullen er mafkezen bij zijn die hun luide flutpop uit hun telefoon laten spelen, net als bij Fitzroy nu het geval was. Kermis.
De tweede dag op deze plek vieren we oud en nieuw. Gezellig zitten we met z’n vieren de hele avond bij ons in de cruiser. Buiten is het te fris, winderig of nat, al dagen. Maar het mag de pret niet drukken. 

 

Dan staan we nog een dagje aan de oostkant van het park, op een gewezen camping, te zien aan de lang niet gebruikte vuurplaatsen. Onderweg komen we nog langs een stoere waterval. Niet hoog maar veel water en kracht.

  

Van daaruit maken we een prachtige wandeltocht langs het meer Laguna Azul. We lopen hele stukken door een boomskelettenbos. Zes jaar geleden heeft in dit deel van het park een enorme brand gewoed. Tussen de bomen is het allemaal al weer groen, maar het zal heel lang duren voor het bos weer geregenereerd is.
Later op de dag komt de ranger ons en wat andere campers nog vertellen dat we eigenlijk hier niet mogen kamperen. Vannacht mogen we wel blijven. 

’s Morgens vroeg doe ik nog een laatste wandeling hier. Onderweg zie ik ongelooflijk veel guanaco’s, echt honderden. Het zijn een soort wilde lama’s. Gek genoeg doet hun kop me denken aan de Australische reuzenkangeroe. 

 

Ze doen het goed want tijdens mijn eerste bezoek waren ze vrij zeldzaam. En ze zijn ook helemaal niet schuw, ik kan ze tot op enkele meters naderen. Waar er ook steeds meer van komen is de poema. We horen van verschillende mensen die er een gezien hebben, gewoon op een parking. Dat geluk valt mij nog niet deel, helaas.

We gaan daarom maar terug naar de vorige plek, op de parking bij het infocenter. Ik maak nog een trek dwars door het land de berg op. Officieel mag dat natuurlijk niet, maar hier kom je niemand tegen en dat is heerlijk. Dan is het na acht dagen hier mooi geweest voor ons. We nemen hartelijk afscheid van onze vrienden en gaan vroeg op pad. Een laatste blik achterom beloont ons met het zicht op de Torres in volle zonneschijn. Het was een mooi weerzien. 

 De reis tot nu toe. Km stand: 8500

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten